Eén of meer prestaties?
Voor de omzetbelasting geldt dat iedere prestatie afzonderlijk moet worden beschouwd. Onder omstandigheden kunnen afzonderlijke prestaties als één enkele handeling worden aangemerkt. Dat doet zich voor wanneer zij zo nauw met elkaar verbonden zijn dat zij objectief gezien één enkele en ondeelbare economische prestatie vormen, waarvan splitsing kunstmatig zou zijn. Ook wanneer sprake is van een hoofdprestatie en een of meer bijkomende prestaties wordt het geheel als één prestatie aangemerkt. Het belang van het aanmerken als één prestatie is gelegen in het tarief dat op de prestatie van toepassing is. Wanneer op alle onderdelen hetzelfde tarief van toepassing is, ontbreekt het belang.
Een organisator van obstacle runs verstrekte als tegenprestatie voor het inschrijfgeld aan de deelnemers ook een shirt met opdruk en een drankje bij de finish. Het shirt werd als wedstijdshirt aangemerkt. Volgens de algemene voorwaarden waren de deelnemers verplicht om het wedstrijdshirt te dragen tijdens het evenement, maar controle daarop vond niet plaats. Het shirt was niet lost te koop.
De deelname aan een sportevenement valt onder het lage tarief voor de omzetbelasting. De levering van kleding en de verstrekking van een drankje valt onder het normale tarief. De wedstrijdorganisator merkte de gecombineerde levering aan als één ondeelbare prestatie, die in zijn geheel onder het lage tarief viel. De rechtbank deelde deze opvatting niet. In de praktijk droegen de deelnemers het shirt niet tijdens de deelname en werd het achteraf uitgereikt. Nodig voor deelname was het dus niet. Dat gold ook voor het drankje bij de finish. De rechtbank paste de hoofdregel, dat elke prestatie zelfstandig moet worden beschouwd, in dit geval toe.
Volgens de rechtbank waren de levering van het wedstrijdshirt en het drankje geen bijkomende prestaties bij deelname. Een prestatie is bijkomend wanneer zij voor de afnemer geen doel op zich is, maar een middel om de hoofdprestatie aantrekkelijker te maken. Zowel de levering van het shirt als de levering van het drankje was volgens de rechtbank voor de deelnemers een doel op zich. Beide prestaties hebben zelfstandig een nuttige functie die losstaat van het meedoen aan de obstacle run. De levering van het shirt en van het drankje waren belast tegen het algemene tarief en deelden niet in het lage tarief van deelname aan de obstacle run.
Overige nieuwsberichten
- 11-04-2024 Regelgeving scheuren grasland
- 09-04-2024 Internetconsultatie aanpassing kavelruilvrijstelling ov...
- 05-04-2024 Alternatieve dekkingsopties voor maatregelen uit Belast...
- 05-04-2024 Omvang administratie- en bewaarplicht ondernemers
- 04-04-2024 Aanpassing besluit internationale waardeoverdracht van ...
- 02-04-2024 Verblijfkosten internationaal transport
- 28-03-2024 Loon of schenking?
- 26-03-2024 Naheffing parkeerbelasting terecht opgelegd?
- 22-03-2024 Wijziging civiel bewijsrecht
- 21-03-2024 Fiscale risico's bij schuiven met panden: wat u moet we...
- 20-03-2024 Evaluatie landbouwvrijstelling
- 18-03-2024 Wetsvoorstel Toezicht gelijke kansen bij werving en sel...
- 15-03-2024 Moeten alle op de zaak betrekking hebbende stukken word...
- 14-03-2024 Opgave uitbetaalde bedragen aan derden bij toepassing v...
- 13-03-2024 Omvang terbeschikkingstelling